De vijf leukste wiskundige knutselprojecten: een möbiussjaal, een houten rekenmachine, fractalkoekjes, een dodecaëder-handtas en Escher met lego.
-
-
“Als je in India in een bar komt en je zegt dat je studeert voor ingenieur, komen de meisjes in drommen op je af”, aldus de Indiase IT-er Chandrasekhar. “En je hebt het helemáál gemaakt als je halverwege de avond aankondigt naar huis te gaan om nog wat computerberekeningen te analyseren. Dan zijn ze echt niet meer tegen te houden.” Zou dat echt zo zijn? Ik kom natuurlijk zelden in kroegen in India, maar in Nederland is het volslagen ondenkbaar dat een jongen op weg naar zijn linuxserver de opdringerige meisjes van zich af moet slaan.
Balkenende citeerde Chandrasekhar in een oproep aan Nederlandse jongeren om hun talent beter te gebruiken. Diezelfde week stuurde een vriend mij een foto van een reclamebord met “It’s my future! I want to be an engineer…sex can wait.” Zo werf je natuurlijk geen technische studenten.
De meeste Nederlandse meisjes willen helemaal geen ingenieur, ze willen de zanger van een band, of een advocaat, of desnoods een arts. Zelf was ik geen haar beter. Jarenlang studeerde ik in Delft tussen vriendelijke jongens die mijn band plakten, mijn computer repareerden en meegingen naar feestjes als niemand anders zin had. Maar aan het eind van zo’n feestje ging ik altijd naar huis met een kunstenaar, een muzikant of een ander moeilijk kijkend type in een zwarte koltrui. Want wat moest ik nou met een techneut?
Tot ik prompt na mijn afstuderen verliefd werd op een ingenieur, een natuurkundige nog wel. En wat bleek dat een ideale partner! Ons eerste afspraakje was zorgvuldiger gepland dan de invasie van Normandië. Daarna maakt hij zonder problemen tijd in zijn agenda vrij voor mij en voor ik het wist woonden we samen. En als ik met vriendinnen wil afspreken, dan blijft hij gewoon wat langer in zijn lab. Ik heb nog nooit zo’n leuke vriend gehad.
Na jaren van blindheid keek ik eens om me heen en zag dat veel bèta’s eigenlijk ontzettend geschikte partners zijn. Ze zijn slim en solide. Ze kunnen een waterleiding aanleggen en met een beetje geluk dansen ze nog op feestjes ook. En ze zijn massaal vrijgezel. Een vriend van mij had een gouden idee: een datingbureau voor bèta’s. De naam had hij al: Flirt with a nerd. Er is maar één probleem: hij kan geen vrouwen vinden die zich aan willen melden.
Het wordt tijd dat Nederlandse meisjes beseffen dat bèta’s net als boeren een vrouw zoeken. En dat ze een voorbeeld nemen aan die Indiase meisjes en op mannenjacht gaan bij civiele techniek, werktuigbouwkunde of informatica.
Deze column verscheen op 15 maart 2008 in Technisch Weekblad. Ik zet hem op veler verzoek online. Grappig detail: deze column hing jarenlang op de koffiekamer van mijn vriends werk. De relevante passages over hem waren gemarkeerd. Tijdens het lofwoord bij zijn promotie citeerde zijn promotor er zelfs nog een stukje uit. Nog grappiger: een vriendin van me was aan het internetdaten met een natuurkundige en kreeg deze column toegestuurd als aanbeveling. Ze zei daarna fijntjes dat niet alle nerds zo leuk zijn als mijn vriend. Waarvan akte.