Vorige week ontving ik tijdens de 40ste Dies van de Open Universiteit een eredoctoraat. Ik ben zo dankbaar voor deze erkenning voor mijn werk én die voor het vakgebied wetenschapscommunicatie. En dan mocht ik ook nog de Diesrede met als titel ‘Hoe open is de wetenschap?’ geven.
De complete Dies Natalis is nu terug te kijken op de site van de Open Universiteit. Met vanaf 17:50 die Diesrede en vanaf 1:01:53 de uitreiking van mijn eredoctoraat door ere-promotor Petra C. De Weerd-Nederhof en rector magnificus Theo Bastiaens. Ook nogmaals gefeliciteerd aan mijn mede-eredoctoren Mark Brown en Arjen Lubach!
Zoals ik in mijn dankwoord aangaf, voelt zo’n individuele bekroning ook wat ongemakkelijk, omdat vrijwel al mijn werk teamwerk is. Daarom: veel dank en hulde aan Anne Land-Zandstra, Julia Cramer, Sanne Romp, Alex Verkade en alle andere collega’s van Science Communication & Society bij Leiden University – en die daarbuiten. En de allermeeste dank aan Han Keijzers, met wie alles mooier is. (Wie de aftermovie kijkt, kan een groot deel van deze mensen spotten ❤️)
Onze familie discussieert op het moment fel over de wolf. Volgens sommigen is het gevaar van de wolf heel groot en mag je dat niet vergelijken met het gevaar van een beet van een hond. De kunst van het rekenen is aan mij voorbijgegaan, maar iets zegt mij dat je met 1,7 miljoen honden en 150 duizend hondenbeten per jaar veel bezorgder zou moeten zijn over honden dan over een enkele (probleem)wolf. Zou jij je licht hierover kunnen laten schijnen? Maarten van der Leeuw
Beste Maarten van der Leeuw,
Hoeveel wolven zijn er eigenlijk in Nederland? Dat blijkt moeilijk te bepalen, omdat wolven elke dag een flinke afstand kunnen afleggen en daarbij zo over de grens van Nederland banjeren. De wolven-monitoring weet wel dat er in Nederland tien wolvenroedels leven, met elk tussen de drie en tien dieren. Het gaat dus om zo’n dertig tot honderd wolven die permanent in Nederland leven.
Die wolven zijn al jaren vrijwel onophoudelijk in het nieuws en onderwerp van verhitte discussies – niet alleen in uw familie. Eerder stuurde een lezer al de vraag in waarom een neergeschoten wolf tot veel meer ophef leidde dan de miljoenen dieren die jaarlijks overlijden in het verkeer. Deze week ging het vooral over wolf Bram, die van de rechtbank geen zender mag krijgen.
Vorig jaar onderzocht een student van ons hoe deskundigen in talkshows aan het woord komen en hij klaagde er elke lunchpauze over dat de eindeloze discussies over de wolf het vermoeiendst waren om naar te kijken, omdat iedereen langs elkaar heen praatte.
Bij uw vraag over de vergelijking tussen honden- en wolvenbeten vermoedde ik in eerste instantie dat er vooral veel meer hondenbeten zijn omdat er ook veel meer honden zijn. Maar mijn intuïtie bleek niet te kloppen. In Nederland hebben we jaarlijks gemiddeld één hondenbeet per ongeveer elf honden. Als we de laagste schatting voor het aantal wolven in Nederland aanhouden, zitten we op hooguit één jaarlijkse wolvenbeet per dertig wolven. (Waarbij ik voor zowel honden als wolven alleen gebeten mensen meetel.)
Kun je op basis van deze getallen zeggen dat honden vaker bijten dan wolven? Dat is te simpel. Honden komen vaker in contact met mensen dan wolven en hebben dus ook meer gelegenheid om te bijten. Dat zou je kunnen meenemen in de berekeningen, net als het gedrag van honden versus wolven.
Alleen vrees ik dat in dit soort discussies, om onze minister-president te citeren, getallen ‘een loos begrip’ zijn. Er spelen hier te veel emoties en waarden mee. Een hond heeft doorgaans een baas, maar wie is de baas over wolven? En over de natuur in bredere zin? Dat zijn interessante vragen, maar de hoeveelheid aandacht voor het wolvenprobleem lijkt me buitenproportioneel. Het publiek debat gaat echter helaas wel vaker over non-issues die worden opgeblazen – al dan niet door politici die goochelen met cijfers.
PS Ik hoop zeer dat volgende week iemand met achternaam De Wolf een vraag over leeuwen instuurt.
Deze column verscheen op 20 september 2024 in de Volkskrant.
Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.
Onlangs ontdekte ik De Eeuw van de Amateur, een podcast waarin u ook weleens te gast bent. Ik voelde er weinig voor om bij de oudste aflevering te beginnen, omdat ik me dan door 8,5 jaar archief heen zou moeten werken. Ik besloot willekeurig scrollend door het afgelopen decennium heen te springen, maar ik begin me nu af te vragen of dat wel de slimste keuze is geweest. Zo waren de vijf Ionica-afleveringen ondanks die willekeur opvallend snel op! Had ik vanaf het begin op volgorde moeten luisteren?
Met amateuristische groeten,
Jurian van Beusekom
Beste Jurian van Beusekom,
Dit dilemma herken ik! Niet van De Eeuw van de Amateur, want die podcast volg ik trouw sinds het begin. Maar laatst raadde iemand me If Books Could Kill aan (waarin zelfhulpboeken en andere non-fictiebestsellers genadeloos worden gefileerd) en nadat ik één aflevering had gehoord, wilde ik meer.
Ik begon met het luisteren van de afleveringen over boeken die ik had gelezen, daarna de boeken waarvan ik vermoedde dat ik er een hekel aan zou hebben en begon toen te merken dat er wel heel vaak werd verwezen naar boeken, ideeën en grapjes uit eerdere afleveringen die ik nog niet had geluisterd.
Inmiddels ben ik braaf vanaf het begin op volgorde aan het luisteren. Daarbij merk ik dat het soms juist leuk is om eindelijk iets te horen waarnaar ik al drie keer een verwijzing had gehoord. Misschien wel leuker dan als ik het in de ‘juiste’ volgorde had geluisterd.
Auteur Ali Smith deed een paar jaar terug een interessant experiment. In haar boek Het een als het ander vertelt ze twee levensverhalen: dat van schilder Francesco in de 15de eeuw en dat van tiener George die in onze tijd gefascineerd raakt door het werk van Francesco.
In de helft van de boeken zat het verhaal van George eerst, in de andere dat van Francesco. Mijn editie begon met het hedendaagse verhaal en daardoor kon ik het middeleeuwse verhaal veel beter plaatsen. Ik zag Francesco door de ogen van George.
Na het lezen dacht ik dat dit de beste volgorde was. Maar wat als ik de andere editie van het boek had gekregen? Had ik dan Francesco op een heel andere manier leren kennen? Ik zal het nooit weten.
Bij dit boek waren er slechts twee mogelijke volgordes, maar De Eeuw van de Amateur telt 346 afleveringen en het aantal mogelijke volgordes waarop je die kunt terugluisteren is een getal met meer dan 700 cijfers. Is er één volgorde de allerbeste?
Aan het begin starten geeft het grote voordeel dat je meegroeit met de makers, zowel qua inhoud als qua vorm (zoals je volgens mij de Skywalker Saga van Star Wars het beste kunt kijken in de volgorde waarop de films verschenen omdat je dan de techniek stapje voor stapje ziet vooruitgaan). Maar dan mis je wel de actualiteit en het kunnen reageren op wat er nu gebeurt. Misschien is er een mix mogelijk van elke week de nieuwste aflevering luisteren en daarnaast stukje bij beetje dat jarenlange archief inhalen.
Deze column verscheen op 13 september 2024 in de Volkskrant.
Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.
CheckYourFuture helpt leerlingen en studenten bij het opdoen van inspiratie voor hun studiekeuze en loopbaanoriëntatie. Ze kwamen naar Leiden om mij te filmen over mijn loopbaan.
Hoe kies je een studie als je meerdere dingen leuk vindt? Na wat twijfelen koos ik voor wiskunde aan de Technische Universiteit Delft, waarna ik onderzoek ging doen, en uiteindelijk hoogleraar wetenschapscommunicatie aan de Universiteit Leiden werd. In deze video van CheckYourFuture deel ik mijn ervaringen, en leg ik uit waarom ik het kiezen van een studie als een ontdekkingstocht zie, waarbij je er gaandeweg achter komt wat je het allerliefste doet.