Lieve Ionica,
Ruim zes jaar geleden kreeg ik een vervelende diagnose: uitgezaaide prostaatkanker. Gelukkig reageerde ik extreem goed op behandelingen en medicatie. Voor zover ik kan nagaan is de overleving na vijf jaar bij deze diagnose iets meer dan 50 procent. En ik ga nu al zesenhalf jaar mee. Ik kan nergens vinden hoeveel mensen er na tien jaar nog leven, maar er is een hoopvol gegeven. De voormalige Volkskrant-columnist Ivan Wolffers overleed ongeveer twintig jaar na een soortgelijke diagnose. Ondertussen weet ik nog steeds niet waar ik aan toe ben en wat voor mij een redelijke levensverwachting is. Kan ik over twee jaar nog een wereldreis maken? Ik hoop dat je deze lastige vraag wilt beantwoorden, of in ieder geval wat duidelijkheid kunt scheppen.
Meindert Kuipers
Beste Meindert Kuipers,
Toen mijn moeder in 2020 uitgezaaide borstkanker bleek te hebben, dachten we in eerste instantie dat ze nog slechts enkele weken te leven had. Zo zaten we ook tegenover haar oncoloog. Verslagen en wanhopig bedenkend of we nog jaren leven in een paar weken konden samenballen. We kregen niet veel mee van wat de dokter allemaal zei, tot deze bijzonder empathische arts aanvoelde wat wij dachten en glashelder tegen mijn moeder zei: ‘U bent echt nog niet in uw laatste weken, hoor.’ Dat was een opluchting. Maar deze oncoloog kon niet zeggen hoeveel tijd er dan nog wél was, hoe graag wij dat ook wilden weten.
En ik vrees dat uw artsen ook niet kunnen voorspellen hoeveel tijd ú nog heeft. Zelfs als oncologen tabellen hebben met de overleving bij een soortgelijke diagnose na tien of meer jaar, dan zijn die getallen vooral goed in het beschrijven van wat er gebeurt bij een groep patiënten. Maar hoeveel zeggen die cijfers over uw ene, unieke leven? Het is als bij een dobbelsteen: ook al weet je precies dat elk getal tussen de 1 en 6 een kans van een op zes heeft om boven te komen, je kunt niet voorspellen wat de volgende worp wordt. Het kan een 6 zijn. Maar ook een 1.
Wat mij soms helpt bij grote levensvragen is nadenken over de gevolgen van een inschattingsfout naar de ene of de andere kant. Wat als u denkt dat u nog een paar jaar hebt en de wereldreis uitstelt, maar overlijdt voordat u die heeft kunnen maken? Wat betekent dat voor u en uw naasten? En andersom, als u inschat dat u nog maar een jaar heeft en die wereldreis nu gaat maken – en vervolgens nog eens ruim tien jaar leeft? Kunt u dan genieten van die herinneringen? Heeft u na die reis weer nieuwe dingen om naar uit te kijken? En redt u het dan allemaal financieel?
Het is makkelijk om te zeggen dat je elke dag moet leven alsof het je laatste dag is, maar nogal lastig om te doen. Mijn moeder koos voor een middenweg: ze leefde een paar weken alsof het haar laatste dag was. Ze werkte haar bescheiden bucketlist af, regelde wat nodig was en nam goed afscheid van alle belangrijke mensen. Daarna leefde ze nog bijna anderhalf jaar vol gewone dagen. Het werden dagen om te koesteren.
Ik wens u sterkte met uw ziekte en de onduidelijkheid over uw levensverwachting. In het beetje ruimte dat ik nog overheb, citeer ik het troostrijke Liedje van Judith Herzberg, maar zoek het vooral zelf op. ‘Het kost meer moeite dan je denkt / ook als je denkt / het zal wel veel meer moeite kosten dan ik denk / dan kost het toch meer moeite / dan je denkt.’
Deze column verscheen op 7 juni 2024 in de Volkskrant.
Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.
Lees hier ook de andere columns van de reeks.