De Volkskrant vroeg alle columnisten een column van tweehonderd woorden te schrijven over het thema ‘democratie’. Alle columns zijn hier te vinden. Ionica haar bijdrage leest u hieronder:
Bij een voorgaande columnistenmarathon had ik een meningsverschilletje met de eindredactie. Mijn column was langer dan de voorgeschreven tweehonderd woorden – en dat mocht niet. ‘Past hij daadwerkelijk niet?’, informeerde ik bij de dienstdoende eindredacteur. Ik wist namelijk dat ik gemiddeld kortere woorden gebruik dan talloze collega’s, zeker omdat ik veelvuldig priemgetallen en cijfercombinaties opsom. Zowel ‘7’, ‘arbeidsongeschiktheidsverzekering’ als ‘meervoudigepersoonlijkheidsstoornis’ tellen als één woord. Mijn tegenargumenten werden gediskwalificeerd: ‘Alle columnisten zijn gelijk en hebben recht op tweehonderd woorden.’
Deze controlemaniak kortte mijn columnistenmarathoncolumn genadeloos in. Vervolgens verscheen die naast een column van tweehonderd woorden die anderhalf keer zo lang was als mijn verhandelingetje. Ik wenste mijn breedsprakige collega en zijn ellenlange, opgezwollen, bombastische woorden een enkele reis richting Gasselterboerveenschemond. (Ik wilde eerst Llanfairpwllgwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch schrijven, maar ik moet deze column ook hardop voordragen bij de columnistenmarathon.)
Ook oneerlijk: Aaf Brandt Corstius en Sander Schimmelpenninck pakken met hun namen veel meer ruimte dan Eva Hoeke en Joost Zaat. Tijd voor represaillemaatregelen! Bij deze gelegenheidscolumn buitte ik mijn tweehonderd woorden superpietepeuterig uit met een bovengemiddelde hoeveelheid zeslettergrepige samenstellingen.
Zo gaat het ook in een democratie. Gelijkheidsprincipes zijn prachtig, maar als je iedereen dezelfde rechten geeft, betekent dat nog niet dat iedereen ook hetzelfde krijgt.